Griep is besmettelijk

Vaak steken mensen elkaar aan met het griepvirus (Influenza). Het virus wordt verspreid via speeksel door niezen, hoesten of contact. Dit contact vindt erg snel plaats, door bijvoorbeeld een deurklink of toetsenbord, al voordat mensen door hebben dat ze besmet zijn met het influenza virus. Dit komt omdat het virus een incubatietijd van twee dagen heeft. In deze twee dagen draagt men het virus dus al bij zich zonder dat men hier bewust van is. Kinderen kunnen het virus zelf al 5 tot 6 dagen met zich meedragen zonder dat de symptomen zich hebben laten zien. Kinderen pakken ook sneller ziektes op omdat kinderen een minder ontwikkeld immuunsysteem hebben.

Als iemand besmet is met het influenza virus wil dit niet direct zeggen dat ze ook daadwerkelijk griep krijgen. Toch zullen ze het griepvirus wel bij zich dragen en onbewust dus ook andere mensen kunnen besmetten door bijvoorbeeld contact via speeksel of eerder genoemde manieren als toetsenborden en deurklinken. Door de omgang van mensen die het griepvirus bij zich dragen kun je al gauw besmet raken. Want niet alleen door niezen en hoesten worden minuscule speekseldruppels verspreid maar ook door praten, fluiten of lachen. Besmetting kan dus op erg veel manieren en gebeurt vaak zonder dat u het doorheeft.

De griepprik is een jaarlijks terugkerende spuit voor mensen die extra last hebben als ze de griep krijgen. Oudere mensen, mensen met een longaandoening of broze gezondheid zijn hier voorbeelden van. Personen in risicogroepen zullen jaarlijks een uitnodiging krijgen om de griepprik te halen. Mocht je in één (of meerdere) risicogroepen vallen doe je er verstandig aan om jaarlijks de griepprik te halen.

. . . terug . . . lees verder . . .